In 1949 woonden A. den Doolaard en zijn vrouw Erie met hun jonge dochters Milja en Branda in de Verenigde Staten, waar A. den Doolaard werkte als correspondent voor dagblad de Gelderlander en schreef aan het deel van Kleine mensen in de grote wereld dat zich in de USA afspeelt.
Erie schreef zowel in Amerika als later in Joegoslavie af en toe ook observaties voor de Gelderlander. In december 1949 verwonderde ze zich over de manier waarop in Amerika kerst werd gevierd:
De brievenbussen zijn te klein om alle catalogi te verwerken, en sommige kranten hebben zelfs een apart supplement van een of ander warenhuis, waar vele honderden Kerstgeschenken in staan afgebeeld. Het kost uren om alles goed te bekijken, maar je komt dan ook steeds voor verrassingen te staan, zowel wat betreft vernuft als smakeloosheid.
De Kerstman wordt 'Santa Claus' genoemd, een gecommercialiseerde nazaat van de Sinterklaas, die de Nederlanders in de 17e eeuw meebrachten naar de Nieuwe Wereld. De naam is dan ook de enige overeenkomst tussen de Amerikaanse en onze Sinterklaas. Inplaats van een mijter draagt hij een soort slappe slaapmuts, en zijn rode broek is op kozakkenmanier in een paar heldhaftige zwarte laarzen gefrommeld.
Hij maakt allerminst de indruk van een heilige, maar ziet er eerder uit als een Bacchus, die niet alleen de drank doch ook de maaltijden zijn grote liefde betuigt.
... in geen van de vele honderden artikelen die ik tot nu toe over het Kerstfeest gelezen heb, wordt ook maar zijdelings vermeld dat dit het geboortefeest van Christus is.
Maar laat ik besluiten met een beter aspect van de Amerikaanse Kerstmis: de liefdadigheid. De 'New York Times' wijdt twee weken lang elke dag een bladzijde aan uitvoerige beschrijvingen van hulpbehoevenden, die steun nodig hebben. En het geld stroomt binnen, vooral van kleine lieden.
Gerelateerd
Erie Spoelstra
Onderweg naar correspondentschap in Joegoslavie
Archief dagblad De Gelderlander tot 1956 online
Kersttocht per ski naar het St-Bernardsklooster