De roman Het verjaagde water werd door A. den Doolaard geschreven in 'De Sardijngeul', de woning in Vlissingen waar hij met zijn vrouw Erie en pasgeboren dochter Milja in 1946 woonde.
Huize de Sardijngeul (rechts, met dakkapel) aan de boulevard in Vlissingen. Foto via Google Streetview
Bijna tien jaar geleden probeerde ik, het spoor van A. den Doolaard door Walcheren volgend, al eens deze woning terug te vinden. Dat lukte niet omdat ik er geen exacte adresgegevens van had. Wat ik wel wist was dat het huis 'De Sardijngeul' heette en aan de zeeboulevard lag, en flink wat oorlogsschade had opgelopen. Achteraf zijn we er toen vlak langs gereden, want het is vanaf het strandpaviljoen Panta Rhei, waar we koffie hebben gedronken, het derde huis op de boulevard.
Het adres werd deze maand door Jan Moekotte ontdekt in het personeelsdossier van A. den Doolaard in het archief van de Dienst Droogmaking Walcheren (Zeeuws Archief, DDW, archiefnummer 360.1 inventarisnummer 36). Hij is bezig aan een artikel over A. den Doolaard op Walcheren voor De Wete, het blad van de heemkundige kring Walcheren.
In dit personeelsdossier zijn brieven bewaard van een glashandel en een aannemer over openstaande facturen voor glas en "werkzaamheden verricht aan het perceel Boulevard Evertsen 54" kort voordat A. den Doolaard dit pand zou betrekken. In een aantal brieven wordt het pand ook aangeduid met de naam 'De Sardijngeul'.
Nog in 1950 werd er gecorrespondeerd over de vraag wie deze rekeningen moest betalen: de huiseigenaar of Rijkswaterstaat.
Brief Rijkswaterstaat over afhandeling facturen
In het gemeentearchief Vlissingen vond Jan Moekotte vervolgens uit dat de huisnummering van de Boulevard Evertsen in de loop der jaren twee keer is gewijzigd, zodat het huis nu niet meer nummer 54 heeft maar nummer 282-286. Hij was er meteen daarna naartoe gefietst, en was er zelfs al binnen geweest, en had daar in de voormalige werkkamer van den Doolaard gestaan.
Gevelsteen van Huize Sardijngeul, foto: Jan Moekotte
Oorlogsschade
In zijn autobiografie Het leven van een Landloper schreef A. den Doolaard over het woonklaar maken van en werken in zijn tijdelijke onderkomen in Vlissingen:
Ik voelde (...) dat ik voor het schrijven op Walcheren moest blijven wonen.
Eind februari 1946 waren de dijken dicht. De Vlissingse wethouder van huisvesting wees mij allervriendelijkst als woning de twee bovenverdiepingen van een huis op de zeeboulevard toe. Het halve dak was er slechts af, en in de zijmuur gaapte een gat waar een auto doorheen kon. Waterleiding was er ook niet en ik moest zelf maar zien hoe ik de woning opknapte. Maar met behulp van vriendelijke Vlissingers en de assistentie van de honderden sigaretten, die ik van mijn driedubbel rantsoen als verbindingsofficier had opgespaard, kwam het in drie maanden in orde. In die tijd heerste in Nederland nog de tabaksstandaard. Timmerman, metselaar, loodgieter: niets te beginnen zonder handgeld van een paar sloffen sigaretten.
Nadat ik uit de kasten van de verwoeste benedenverdieping veiligheidshalve een stel landmijnen en handgranaten had weggeruimd, slordig achtergelaten door de Duitse genietroepen en Schotse commando's, die er achter elkaar hadden gehuisd, betrokken Wampie, onze dochter Milja, een bloeiende zuigeling van twee maanden, en ik onze tijdelijke woning. Ik werkte in de grote dakkamer, met brede ramen op zee, waar ik de boardwanden volprikte met de kaarten, diagrammen en foto's van het werk. Toen de herfststormen kwamen, perste de winddruk het water door de raamsponningen en de dakkapel trilde zo, dat ik me achter mijn schrijftafel een kapitein waande op de brug van zijn schip. Binnen schreeuwbereik van het huis, door de diepe Sardijngeul, voeren de grote zeestomers blazend voorbij.
(Het leven van een landloper, 4e druk, p. 286-287)
Gerelateerd
Het verjaagde water
Het verjaagde water achterna
De droogmaking van Walcheren
Andere adressen van A. den Doolaard
Copernicusstraat 126, Den Haag
Boerderij Woelwijk, Voorburg
Loskade 27, Middelburg
Villa Deneš, Lovran (Kroatië)
Hoenderloo, Miggelenbergweg 51